‘De toewijding van onze collega’s blijft me het meeste bij’
Na vijf jaar neemt Jeroen Kleinjan per 1 augustus afscheid als bestuursvoorzitter van Carintreggeland. Hij vervolgt zijn carrière bij Dagelijks Leven in Apeldoorn. Medebestuurslid Heidi de Bruijn volgt hem op, met een nieuw bestuurslid naast zich. Een terugblik op vijf bewogen jaren.
Wat was vijf jaar geleden je motivatie om bij Carintreggeland aan de slag te gaan?
“Hiervoor heb ik bij verschillende ziekenhuizen gewerkt. Wat mij vooral aantrok was de overstap van ‘cure’ naar ‘care’, van patiënten naar cliënten. Bestuurlijk leek me dat erg interessant. De ouderenzorg kent veel uitdagingen. Het aantal ouderen stijgt explosief. Als samenleving moet je daar iets mee. Hoe ga je al die mensen straks bedienen met waarschijnlijk minder budget?”
Welke uitdaging trof je als eerste aan?
“Die zat ‘m vooral in de organisatie zelf. Mijn collega Heidi en ik begonnen in juni 2016. Een moeilijke tijd, met de nodige interne onrust. Voordat wij in het bestuur kwamen, was er een klein jaar een interim bestuurder die al de nodige veranderingen in gang had gezet. Het oude Carintreggeland was een nogal hiërarchische organisatie met veel managementlagen, die waren eruit gehaald. Ook was er al een nieuwe visie op de zorg, maar die bestond alleen nog op papier. Daarin stonden drie uitgangspunten: de cliënt moet werkelijk centraal staan en eigen regie hebben. Om dat te kunnen bereiken moet de medewerker regie hebben over zijn of haar werk en de rest van de organisatie moet daaraan ondersteunend zijn.”
Hoe zijn jullie als nieuw bestuur te werk gegaan?
“Onze eerste opdracht was het creëren van rust en stabiliteit, met die nieuwe visie op zorg als leidraad. Geen van bovenaf opgelegde doelen en doelstellingen, maar op basis van gezamenlijke ambities. Wat is belangrijk, waar gaat het om, wat willen we zijn met elkaar. Samen met de teams zijn we gaan bouwen aan een nieuwe organisatie en vertaalden we de strategie naar een reis die we met elkaar gingen maken. Geen rechte lijn van A naar B, maar eerder een trektocht over een moeilijk begaanbare berg met als stip, of beter streep, aan de horizon ‘waardevol leven’. Voor die missie was meteen veel enthousiasme.”
Een totale cultuuromslag dus?
“Medewerkers vonden het een heel plezierige ontwikkeling. Ze werden gezien als volwaardige professionals en kregen het volledige vertrouwen. Nog geen twee jaar daarvoor kregen medewerkers vaak te horen wat ze moesten doen, nu was er vooral ruimte om zelf te denken en te doen. In die periode ontstond echt rust in de organisatie.”
Jullie visie richt zich op 2030?
“Eind 2019 vonden we het tijd onze strategie opnieuw te bekijken. We waren drie jaar bezig, waren we nog op de goede weg? Bovendien waren sommige plannen en ambities al gerealiseerd. We zijn opnieuw met alle teams in gesprek gegaan, maar ook met banken, woningcorporaties en collega-zorginstellingen. Samen hebben we ons afgevraagd hoe de zorg er zal uitzien in 2030. Onze visie en strategie zijn in de kern hetzelfde gebleven, maar onder de naam ‘De reis gaat verder’ hebben we nieuwe ambities toegevoegd. Tijdens onze reis ontdekten we hoe belangrijk het voor medewerkers is om met plezier te werken. Daarom hebben we in onze nieuw strategie naast ‘waardevol leven’ voor cliënten ook ingezet op ‘waardevol werken’ voor alle collega’s. Collega’s hebben de ruimte om te ontdekken, zich te ontwikkelen. Fouten maken mag, als je er maar van leert. Sterker nog: we gaan ervanuit dat mensen fouten maken. Dat spreken we ook letterlijk uit naar nieuwe collega’s. Als je geen fouten maakt sta je immers stil. Als mens, maar ook als organisatie.”
En de visie op zorg?
“Ook die hebben we aangescherpt. Daarbij hebben we ons laten inspireren door het gedachtegoed van positieve gezondheid: het uitgaan van mogelijkheden in plaats van belemmeringen, dus van wat iemand wél in plaats van niet kan. Van minder zorgen vóór, naar meer zorgen dát. We willen af van het medische model waarin je als zorgprofessional weet wat goed voor iemand is en alle zorg daarom ineens overneemt. Als je oud wordt heb je meer hulp nodig. Je kunt niet alles meer zelf, maar er is heel veel dat je nog wél kunt. Carintreggeland is daarbij ondersteunend, samen met familie en mantelzorg. Natuurlijk blijven we ook de pure zorg uitvoeren, dat is ons vak. Maar we gaan niet alles overnemen, niet pamperen. Omdat dat niet goed is voor de cliënt en uiteindelijk ook niet betaalbaar voor de samenleving.”
“
"Het is goed als bestuurders na verloop van tijd plaatsmaken"
Digitalisering en technologie zijn daarbij randvoorwaarden?
“Klopt. Op het gebied van digitalisering hebben we forse stappen gezet, met als motto ‘digitaal tenzij, mobiel tenzij’. Uitgangspunt is om plaats- en tijdonafhankelijk te kunnen werken. Sinds begin 2020 heeft iedere collega een tablet of mobiele telefoon met apps die alle benodigde informatie bevatten en waarmee ze zo eenvoudig mogelijk hun administratie kunnen doen. Toen corona uitbrak en we veel meer zorg op afstand moesten bieden, waren we daar digitaal al helemaal klaar voor.”
Zijn er nog andere opvallende veranderingen?
“We zijn ons meer gaan richten op de samenwerking met andere zorgaanbieders in de regio. Collega-instellingen, maar bijvoorbeeld ook huisartsen. Als je ouderen regie wilt laten houden, is afstemming van de zorg heel belangrijk. Die afstemming tussen de zorgorganisaties gaat in Twente al heel goed, en we zijn er trots op dat we daar mede de initiatiefnemer van zijn geweest. In het verleden werd Carintreggeland namelijk nog wel eens gezien als een grote, wat arrogante organisatie. Dat is gelukkig veranderd. We willen graag initiator en voorloper zijn, maar hebben de wijsheid niet in pacht.”
Waarom een nieuwe uitdaging?
“Dagelijks Leven is een zorgaanbieder die zich uitsluitend richt op kleinschalige woonvormen voor mensen met dementie. Het is geen publieke maar een private organisatie, met een andere dynamiek. Voor mij eveneens een mooie organisatie, met nieuwe uitdagingen. Ik denk dat het goed is dat bestuurders na verloop van tijd plaatsmaken. Ergens te lang blijven is niet goed voor organisatie. Vijf jaar is misschien wat kort, maar we hebben de luxe dat Heidi blijft en daarmee ook de visie en strategie gewoon blijven staan. Natuurlijk doet het me goed als mensen het jammer vinden dat ik wegga, maar een nieuwe bestuurder brengt nieuwe ideeën en nieuw elan.”
Hoe is de rolverdeling met Heidi?
“We hebben verschillende achtergronden. Zij in de verpleging, ik bedrijfskundig. Dat maakt dat we elkaar goed aanvullen en een en een meer is dan twee. We denken in de basis hetzelfde. We luisteren graag naar mensen, staan open voor kritiek en willen graag leren. Dat bepaalt ook onze bestuursstijl, we vragen liever dan dat we opleggen. Dat we er hetzelfde instaan, betekent ook dat we geen energie hoeven te verspillen aan moeilijke discussies. We kunnen ons richten op wat er moet, niet op hoe het moet. We hebben nooit ruzie. Echt nooit. Maar dat betekent niet dat we nooit kritiek op elkaar hebben, in discussie gaan. We kunnen elkaar de waarheid vertellen en scherp houden. Het is een natuurlijke chemie die goed en prettig werkt.”
Jullie zijn tegelijk begonnen in een moeilijke periode. De organisatie nam dus een zeker risico.
“Klopt. Ik had het geluk als eerste te worden gekozen. Twee weken na mijn eigen sollicitatie had ik gesprekken met potentiele medebestuurders, dus ook met Heidi. In die zin heb ik haar kunnen kiezen en zij mij niet. We hadden meteen een goede klik, maar zijn ook een keer uit eten gegaan om elkaar echt te leren kennen. We hebben elkaar toen diep in de ogen gekeken: 'gaan we dit doen met elkaar?' Dan voel je dat het goed zit en dat vertrouwen in elkaar is nooit beschaamd. Heidi zal als nieuwe bestuursvoorzitter de ingeslagen weg volgen. Voor mij en voor Carintreggeland een ideale opvolger!”
Wat is je van de afgelopen vijf jaar het meest bijgebleven?
“De toewijding van alle collega’s en hun liefde voor de cliënten. Ook in coronatijd, ik geef het je te doen. Vorig jaar april bij iemand naar binnen moeten en niet weten of diegene corona heeft, met alle onbekendheid die er toen nog was. Onze mensen gingen gewoon door, juist op zo’n moment. Vrijwel niemand die zich afvroeg ‘wil ik dat wel’. Dat heeft me enorm geraakt. Daarnaast de cultuuromslag die we met z’n allen hebben gerealiseerd. Want dat is niet de verdienste van het bestuur, maar van de hele organisatie. Fantastisch om te zien hoe mensen dat oppakken en initiatief nemen. Dat vereist lef.”
Welke boodschap zou je aan het nieuwe RvB-lid willen meegeven?
“Dat diegene geluk heeft dat hij of zij mag werken in zo’n mooie organisatie met zulke fijne en professionele collega’s. Dat hij of zij moet genieten. Carintreggeland is een prachtig bedrijf met prachtige collega’s.”
Een bedankje voor alle bezoekers van het Carintreggeland Café.
“
"Het is goed als bestuurders na verloop van tijd plaatsmaken"
Applaus bij de aftrap van de bouwwerkzaamheden bij Het Woolde in Hengelo.
Inspiratiesessie voor medewerkers onder bezielende leiding van Sabine Uitslag.
Jeroen ontvangt het eerste boek van Aafke Kelly, het boek gaat over haar moeder die in een Carintreggeland Huis woonde.
De installatie van de Vrijwilligersraad.
Twee-eenheid
met Heidi
Jeroen Kleinjan en Heidi de Bruijn vormen sinds juni 2016 samen de Raad van Bestuur van Carintreggeland. “Twee weken na mijn eigen sollicitatie had ik gesprekken met potentiële medebestuurders”, blikt Jeroen terug. “Met Heidi was er meteen een goede klik. Zij heeft een achtergrond in de verpleging, ik ben bedrijfskundige. Dat maakt dat we elkaar goed aanvullen. Heidi is als bestuursvoorzitter voor mij en voor Carintreggeland een ideale opvolger!”
